Volgestopt met pijnstillers sleept Brigitte haar onwillige rug woensdag naar Schiphol. Niet meegaan naar Kenia is geen optie, dan maar zwaar gedrogeerd en met een warmtecorset erop af. De wachtrij voor de controleband is lang en het staan valt haar zwaar. Als ze eindelijk opgelucht door het poortje stapt, springen de lichten op rood. Fouilleren dus. ‘Oh nee,’ denkt ze. ‘Mevrouw, ik heb hier wel zo’n gordel…’. Alarm! Gordel? ‘…en in mijn tas heb ik er nog een paar.’ Nog net niet geboeid moet Brigitte alles uitpakkent. Dit is verdacht. En wat zijn dit voor geheime documenten? Vlot wordt het hele informatieboekje van T4T gekopieerd. Dit kan niet in de haak zijn. Na ruim een uur komt Brigitte met de schrik vrij en is de hele gebeurtenis tot een spannend verhaal getransformeerd.
‘Meneer, mogen we even in uw portemonnee kijken?’, vraagt de medewerker mij vriendelijk? ‘En heeft u er muntjes in?’ Ik knik bevestigend met een blik vol onbegrip. Even later toon ik ze het verloopventiel, dat ik altijd bij me heb. ‘Tja, geef toe dat het een vreemde vorm is voor een munt.’
Dan kom ik Aster tegen. Lichtelijk onthutst doet ze voor hoe zij is gefouilleerd. ‘Zo intiem heb ik niet eens afscheid genomen van mijn vriend.’
Het is duidelijk, veiliger zullen we ons op deze luchthaven nooit voelen.
Als we met een paar (of geen) uurtjes slaap om een uur of elf in de Toyotabusjes door Mombasa wringen, klinkt het achter me:’ Ik zou thuis niet kunnen uitleggen wat ik hier allemaal zie, zoveel.’ Ik doe een suggestie: “Zeg maar dat je nu ziet hoe een stad er ook nog uit zou kunnen zien.’ Duidelijker wordt het niet, maar dit soort belevenissen is nu eenmaal niet in worden te vatten. Om half twee arriveren we in het paradijselijke Baobab-resort, waarvan ik hier geen foto’s toevoeg om de indruk te vermijden dat het een vakantie betreft. Straks zal namelijk blijken hoe belangrijk zo’n relaxte plek is als je na een pittige workshop drie uur heen en drie uur terug over zanderige wegen terugkeert.
Als we ’s avonds aan de maaltijd zitten hoor ik overal om me heen hoeveel zin ze erin hebben om te beginnen. De ware geest is er nog steeds. Houden zo!
Ruud Musman