De tweede blog van Ruud Musman staat wederom vol met ervaringen van de Nederlandse deelnemers. En ja… het is warm en de zon schijnt, ze zijn in de tropen.
En ja, de zon schijnt en echt, het water is blauw en allemachtig, wat zijn die stranden hagelwit. Hoogste tijd dus om de binnenlanden in te trekken. Daar zijn we tenslotte voor gekomen. Niks heerlijk briesje. Zweten zullen ze. Met zijn achten in een Toyota betekent voor Keniaanse begrippen behoorlijk veel ruimte, want niemand hoeft buitenboord te hangen. Ieder groep bezoekt twee scholen om een eerste indruk te krijgen. En reken maar dat die er gekomen is. Met stralende ogen vliegen de verhalen ons om de oren. Het raakt, het komt binnen. ‘Die koppies voor het raam. Bij een high five kreeg ik de hele school achter me aan. We waren zelfs welkom op een school die niet eens op ons rekende. Wat gaaf om de effecten van T4T te zien aan de muren.’ ‘I’m so happy to work here’, vertelde een vo-docent. Verrast waren ze door de schilderingen van de voortplantingsorganen op de buitenmuur en door de rust bij de kinderen, zelfs in de pauze. Diana, die zichzelf toch redelijk koel vindt, kreeg zelfs bijna te kwaad toen ze door de hele klas werd toegezongen. En wat een verbazingwekkende trots stralen de leerkrachten uit. Het maakt nieuwsgierig naar meer. Wat doen ze bijvoorbeeld met dat tuintje in de klas? En hoe kan het dat zij zoveel bereiken met zo weinig middelen. Wat zijn wij dan een methodeslaven. Toch ben ik ook wel nieuwsgierig naar hoe hun trotse verhalen er in de praktijk uitzien. En in het kader van de door Mia opnieuw zo vurig bepleite houding van loslaten, voelen en ervaren: wat gaan wij hier eigenlijk doen? Dat het verwerken van deze eerste indrukken niet de enige oorzaak is van de vele blossen, waarmee de eerste echte dag eindigde, lijkt me duidelijk. We zijn in de tropen.